Ik heb een heleboel spannende verhalen over de plantage gehoord, maar zelf heb ik nooit iets vreemds meegemaakt.
Op de plantage is iedereen familie van elkaar en dat maakt het wonen hier erg speciaal.
Mijn favoriete sport is hengelen. Gewoon met de bamboestok waaraan een touw en vishaakje aan is gemaakt.
Ik was nog een tiener toen ik hier kwam werken. Ik verdiende negentig gulden per maand.
Ik ben besneden door dokter Tjon a Hung, die een poli had op plantage Constancia.
In de jaren zestig was er in Alliance een goed draaiende landbouwschool.
Ik ben naar school gegaan op Reynsdorp, te Baki. Tot mijn 14e jaar ben ik naar school gegaan, daarna ben ik gestopt, ‘mi no leri bun’, ik kon niet zo goed leren.
Ik heb best wel een eenvoudige jeugd gehad. Voordat ik naar school ging at ik een beetje rijst en na school at ik weer hetzelfde. Dat was onze maaltijd.
Velen weten het niet, maar op Alliance stond vroeger een bloeiende suikerfabriek.