De bitterzoete smaak van suiker op Plantage Alliance

Verteller: Opa Marimin
Plaats: Alliance

Velen weten het niet, maar op Alliance stond vroeger een bloeiende suikerfabriek. 

De fabriek stond in de straat waar het logeergebouw nu gelegen is. Ik heb zelf ook in de suikerfabriek gewerkt en als je ziet hoe suiker wordt verwerkt vanaf riet tot suiker, dan is het best wel een vieze bedoening, echt ‘morsu’. Desondanks was de witte en bruine suiker die wij hier produceerden van zodanige kwaliteit dat het ook geëxporteerd kon worden naar het buitenland.  De grote boten kwamen niet naar Alliance om de suiker op te halen; wij moesten de zakken met suiker helemaal vervoeren naar de platte brug in Paramaribo.

Het vervoeren van suiker naar de stad was een hele operatie! Er werden speciaal rails voor een kar aangelegd, die liepen vanuit de fabriek naar de steiger. De zakken suiker werden dan op de kar geplaatst, die wij moesten duwen naar de steiger. Het was echt zwaar! De zakken suiker wogen 100 kilogram per stuk. Bij de steiger aangekomen moesten wij de zakken uit de kar tillen en plaatsen op de lo’boto, zo noemden wij de houten ponton.

Om de ponton te laden had je zeker 2 mannen nodig om een zak suiker van 100 kilo vanuit de kar op de schouder van een andere man te plaatsen. Deze persoon droeg de zak dan verder naar de lo’ boto. Per lading werden zeker 300 zakken vervoerd naar de stad; wij hebben toen echt gezweet om alles in te laden! Ik kon het werk wel aan, want ik was best wel sterk door al het gewichtheffen dat ik toen deed. Het werk was dan nog niet klaar, want om de lo’ boto te besturen had je zeker 9 mannen nodig; 4 om te trekken en 5 om te sturen. Het duurde wel zeker 2 dagen om de stad te bereiken, want wij waren van het getij afhankelijk.

Ik heb de plantage in de goede tijden alsook de slechte tijden meegemaakt. Als 35- jarige man heb ik ook de laatste momenten op de suikerfabriek mogen ervaren. Langzaam maar zeker ging de plantage achteruit. In de jaren 70 kwam Alliance onder het toezicht van directeur ‘De Neef’ uit Indonesië. Hij vond dat de fabriek in slechte staat verkeerde en dat de suikermolen ook opgeknapt moest worden. Echter, toen de nieuwe regering aan de macht kwam was er weinig geld, ‘Paisa no de’. Er werd geen geld meer gestopt in de suikerfabriek en uiteindelijk werd de fabriek voorgoed gesloten.

Back To Top